Ketenoptimalisatie leidt tot kostbare tijdswinst bij beroerte

De Veiligheidsregio Noord-Holland Noord (VR NHN) heeft de tijd tussen de melding van een beroerte bij de meldkamer tot de benodigde trombolysebehandeling in het ziekenhuis verkort met tot wel 20 minuten. De veiligheidsregio heeft dit project, Call to Needle, mede kunnen uitvoeren dankzij een data-analyse en visualisatie-oplossing van softwareontwikkelaar Qlik.

Het Qlik-dashboard registreert en brengt voor de gebruiker in beeld hoe de tijd verstrijkt tijdens het hele proces van 112-melding tot behandeling en laat dus ook zien waar tijdswinst is te behalen voor mensen die behandeld moeten worden voor een beroerte. De tijd van call to needle, melding tot behandeling, is hierdoor verkort tot 25 minuten, terwijl de norm voor door to needle op 45 minuten staat.

“Dat is zeer kostbare tijd voor mensen die een beroerte hebben gehad”, zegt Martin Smeekes, directeur bij Veiligheidsregio Noord-Holland Noord. “Time is Brain is een uitspraak van neurologen. Bij een beroerte staat iedere seconde voor hersencellen die kunnen afsterven doordat de toevoer van bloed en dus zuurstof is geblokkeerd.”

Ketenoptimalisatie

Om het hele proces in kaart te brengen was een brede samenwerking binnen de regio Noord-Holland Noord noodzakelijk. Behalve de veiligheidsregio, die samen met Witte Kruis verantwoordelijk is voor het ambulancevervoer en de meldkamer, waren drie ziekenhuizen betrokken, te weten het Westfriesgasthuis in Hoorn en de twee ziekenhuizen van de Noordwest Ziekenhuisgroep in Alkmaar en Den Helder.

“Het was uitermate belangrijk om alle partners in deze zorgketen om de tafel te krijgen”, benadrukt Smeekes. “Uit de gesprekken met onder meer ambulanceverpleegkundigen, neurologen,  neurologisch verpleegkundigen en laboranten kwamen de oplossingen voor de knelpunten die aan het licht kwamen.”

Eerder meten

Zo bleek het tijdswinst op te leveren als ambulancepersoneel de zogeheten stollingswaarde ter plekke bij de patiënt meet. Voorheen gebeurde dat pas na aankomst op de spoedeisende hulp. “We hebben getoetst of de metingen op locatie even betrouwbaar waren als die in het ziekenhuis”, vertelt de directeur van de VR NHN. “En dat bleek zo te zijn. Dus nu wordt al het ambulancepersoneel getraind om deze metingen uit te voeren.”

“Neurologen wezen er in de gesprekken op dat ambulancepersoneel ontzettend goed is in het aanbrengen van infusen”, vervolgt Smeekes. “Dus hebben zij gevraagd of zij naast het infuus voor vochttoediening, alvast een tweede infuus wilden aanleggen voor de toediening van het antistollingsmiddel. Ook iets dat normaal pas in het ziekenhuis zou gebeuren en extra tijd zou kosten.”

Van het ambulancepersoneel kwam het verzoek aan de meldkamer om aan degene die de melding doet te vragen om, als het mogelijk is, de medicijnen van de patiënt bij elkaar te zoeken en klaar te leggen. Zo zou het ambulancepersoneel in een oogopslag kunnen zien of de patiënt medicijnen gebruikt die van invloed kunnen zijn op de stolling.

Naar de patiënt toe

Grote tijdswinst werd ook binnen de drie ziekenhuizen behaald. In het ziekenhuis gaat een patiënt bij wie een beroerte wordt vermoedt van de eerste hulp eerst naar de CT-scanner. De CT-scan moet uitwijzen of het inderdaad om een beroerte gaat en niet een hersenbloeding. Bij een hersenbloeding werkt een behandeling met antistollingsmiddel averechts.

Na de CT-scan moet de patiënt weer vervoerd worden naar de afdeling neurologie, waar het middel wordt toegediend. Al met al een tijdrovende tocht. “Nu gaat de neuroloog van de afdeling neurologie naar de patiënt toe”, vertelt directeur veiligheidsregio Smeekes. “Zodra de CT-scan uitslag heeft gegeven kan het medicijn worden toegediend.”

Spoed moet goed

Het afgelopen jaar zijn alle verbeteringen doorgevoerd in de hele keten. Het proces wordt door Qlik-dashboards ondersteund. “Voor de gebruikers is de tijdbalk in het dashboard een duidelijke visuele steun”, stelt Smeekes. “Zij kunnen nu per individueel geval bekijken waar er eventueel tijd is verloren en waar ze dus verbetering kunnen aanbrengen. Als zorgketen kijken we naar de gemiddelden om ons gezamenlijk beleid waar nodig aan te passen.”

De privacy van de patiënten wordt hierbij bewaakt, benadrukt Smeekes. “Als je zoiets doet moet je een betrouwbare partner voor de registratie hebben. Data mogen niet zomaar gekoppeld worden. Het moet duidelijk zijn met welk doel je registreert en uitwisselt. De data die de verschillende gebruikers invoeren worden aan elkaar geknoopt via het verzekeringsnummer van de patiënt, niet via het burgerservicenummer.”

De ketenoptimalisatie die in Noord-Holland Noord heeft plaats gevonden is ook landelijk niet onopgemerkt gebleven. “We zijn erg blij dat onze ideeën hierover worden opgenomen in Spoed moet goed, de indicatoren die de rijksoverheid heeft gesteld voor spoedzorg. Vanaf volgend jaar moet iedereen er waarschijnlijk mee werken. En ook internationaal is hier aandacht voor. Onlangs hebben we met ons verhaal Kopenhagen bezocht en binnenkort gaan we hiermee naar Londen”, aldus Martin Smeekes.

Call to Balloon

Call to Needle is een opvolger van Call to Balloon. Bij Call to Balloon is het proces van een hartinfarct in kaart gebracht, de tijd die het kost om van de melding bij de meldkamer tot een dotterbehandeling te komen. Die tijd is met 20 minuten verkort van 100 naar 80 minuten.

De optimalisatie van zorgketens krijgt ook nog een vervolg voor de traumatologie en de acute verloskundige zorg. Beide trajecten zijn reeds ingezet.

Bron: Skipr